5.4. Probleemanalyse bij het installatieproces

5.4.1. Betrouwbaarheid van optische media

Soms kan het gebeuren, vooral bij oudere stations, dat het installatiesysteem er niet in slaagt op te starten vanaf een optische schijf. Het is ook mogelijk — zelfs nadat met succes opgestart werd vanaf een dergelijke schijf — dat het installatiesysteem er niet in slaagt de schijf te herkennen of foutmeldingen produceert bij het lezen van de schijf tijdens de installatie.

Er kunnen veel verschillende mogelijke oorzaken zijn voor deze problemen. We kunnen enkel enige courante problemen vermelden en algemene suggesties geven over hoe ermee om te gaan. De rest laten we aan u over.

Eerst zou u twee heel eenvoudige dingen moeten proberen.

  • Indien er niet opgestart wordt vanaf de schijf, moet u nagaan of die wel correct in het station geplaatst werd en of zij niet vuil is.

  • Indien het installatiesysteem er niet in slaagt de schijf te herkennen, moet u gewoon nog een tweede keer de optie Installatiemedia detecteren en aankoppelen uitproberen. Het is bekend dat sommige DMA-gerelateerde problemen bij erg oude CD-stations op die manier opgelost raken.

Indien dit niet helpt, kunt u de suggesties uit de onderstaande paragrafen uitproberen. De meeste, hoewel niet alle, hierna behandelde suggesties gelden zowel voor CD als voor DVD.

Indien u er niet in slaagt de installatie vanaf een optische schijf op gang te krijgen, moet u het met een van de andere mogelijke installatiemethodes proberen.

5.4.1.1. Gebruikelijke problemen

  • Sommige oudere CD-stations slagen er niet in om schijven te lezen die aan een hoge snelheid gebrand werden door een moderne CD-writer.

  • Sommige zeer oude CD-stations werken niet correct als voor hen direct memory access (DMA) gebruikt wordt.

5.4.1.2. Problemen onderzoeken en ze eventueel oplossen

Indien het niet lukt om met de optische schijf op te starten, probeer dan de hierna vermelde suggesties.

  • Ga na of uw BIOS/UEFI effectief het opstarten vanaf een optische schijf ondersteunt (kan enkel een probleem zijn op zeer oude systemen) en dat het opstarten vanaf dergelijke media in het BIOS/UEFI geactiveerd is.

  • Indien u een ISO-image downloadde, controleer dan of de md5sum van dat image overeenkomt met dat wat voor dat image in het bestand MD5SUMS vermeld staat. Dat bestand zou te vinden moeten zijn op dezelfde plaats waar u het image downloadde.

    $ md5sum debian-testing-i386-netinst.iso
    a20391b12f7ff22ef705cee4059c6b92  debian-testing-i386-netinst.iso
    

    Ga vervolgens na of ook de md5sum van de gebrande schijf ermee overeenkomt. Het volgende commando zou moeten werken. Het maakt gebruik van de grootte van het image om het correct aantal bytes van de schijf te lezen.

    $ dd if=/dev/cdrom | \
    > head -c `stat --format=%s debian-testing-i386-netinst.iso` | \
    > md5sum
    a20391b12f7ff22ef705cee4059c6b92  -
    262668+0 records in
    262668+0 records out
    134486016 bytes (134 MB) copied, 97.474 seconds, 1.4 MB/s
    

Als, nadat het installatiesysteem met succes opgestart werd, de schijf niet herkend wordt, kan het probleem soms eenvoudig opgelost worden door nog eens te proberen. Indien u meer dan één optisch station heeft, probeer de schijf dan eens in het andere station te plaatsen. Indien dat niet helpt, of indien de schijf herkend wordt maar er bij het lezen ervan foutmeldingen komen, moet u de hieronder vermelde suggesties proberen. Daarvoor is enige basiskennis van Linux nodig. Om deze commando's uit te voeren, moet u eerst naar de tweede virtuele console (VT2) gaan en daar de shell activeren.

  • Ga naar VT4 of bekijk de inhoud van /var/log/syslog (gebruik de editor nano) om eventuele specifieke foutmeldingen op te sporen. Kijk nadien ook de uitvoer na van dmesg.

  • Ga in de uitvoer van dmesg na of uw optisch station herkend werd. U zou iets moeten vinden in de zin van (de regels moeten niet noodzakelijk na elkaar komen):

    ata1.00: ATAPI: MATSHITADVD-RAM UJ-822S, 1.61, max UDMA/33
    ata1.00: configured for UDMA/33
    scsi 0:0:0:0: CD-ROM            MATSHITA DVD-RAM UJ-822S  1.61 PQ: 0 ANSI: 5
    sr0: scsi3-mmc drive: 24x/24x writer dvd-ram cd/rw xa/form2 cdda tray
    cdrom: Uniform CD-ROM driver Revision: 3.20
    

    Indien u niets dergelijks vindt, is het mogelijk dat de controller waarmee uw station verbonden is, niet herkend werd of zelfs helemaal niet ondersteund wordt. Indien u weet welk stuurprogramma er nodig is voor de controller, kunt u het handmatig proberen laden met modprobe.

  • Ga na of er voor uw optisch station onder /dev/ een 'device node' (apparaatbestand) bestaat. In het bovenstaande voorbeeld is dit /dev/sr0. Er zou ook een /dev/cdrom moeten bestaan.

  • Gebruik het commando mount om na te gaan of de optische schijf reeds aangekoppeld is. Indien dit niet het geval is, moet u proberen deze handmatig aan te koppelen:

    $ mount /dev/hdc /cdrom
    

    Ga na of dit commando eventueel aanleiding geeft tot foutmeldingen.

  • Ga na of DMA momenteel geactiveerd is:

    $ cd /proc/ide/hdc
    $ grep using_dma settings
    using_dma      1       0       1       rw
    

    Een 1 in de eerste kolom na using_dma wijst erop dat het geactiveerd is. Indien dit het geval is moet u proberen het te deactiveren:

    $ echo -n "using_dma:0" >settings
    

    Zorg ervoor dat u zich bevindt in de map van het apparaat dat met uw optisch station overeenkomt.

  • Indien er zich tijdens de installatie problemen voordoen, moet u de integriteit van de installatiemedia proberen na te gaan met behulp van de optie die u vindt ergens onderaan in het hoofdmenu van het installatiesysteem. Deze optie kan ook gebruikt worden als algemene test om na te gaan of de schijf op een betrouwbare wijze gelezen kan worden.

5.4.2. De configuratie van het opstartproces

Indien u problemen ervaart en de kernel gaat hangen tijdens het opstartproces, of bepaalde randapparaten die u wel degelijk heeft, niet herkent, of stations niet correct aanspreekt, is het eerste wat u moet doen, de opstartparameters controleren, zoals besproken wordt in Paragraaf 5.3, “Opstartparameters”.

In sommige gevallen kan het slecht functioneren te wijten zijn aan het feit dat er firmware ontbreekt voor het apparaat (zie Paragraaf 2.2, “Apparaten waarvoor firmware vereist is” en Paragraaf 6.4, “Ontbrekende firmware laden”).

5.4.3. De meldingen bij het opstarten van de kernel interpreteren

Tijdens de opstartsequentie kan het gebeuren dat u verschillende meldinden ziet in de zin van can't find iets, of iets not present, can't initialize iets, of zelfs this driver release depends on iets. De meeste van dit soort meldingen zijn onschadelijk. U krijgt ze te zien omdat de kernel voor het installatiesysteem gebouwd is om uitgevoerd te kunnen worden op computers met veel verschillende randapparaten. Vanzelfsprekend zal geen enkele computer met alle mogelijke randapparatuur uitgerust zijn en dus kan het besturingssysteem enkele klachten uiten omdat het randapparaten die u niet heeft, niet kan vinden. Het kan ook zijn dat u vaststelt dat het systeem even pauzeert. Dit gebeurt wanneer het wacht op een antwoord van een apparaat dat niet op uw systeem aanwezig is. Indien u de tijd die het systeem nodig heeft, als onaanvaardbaar lang ervaart, kunt u later een aangepaste kernel maken (zie Paragraaf 8.5, “Een nieuwe kernel compileren”).

5.4.4. Installatieproblemen rapporteren

Indien u door de initiële opstartfase heen geraakt, maar de installatie niet kunt voltooien, kan de menuoptie Save debug logs (debug-logs opslaan) nuttig zijn. Het laat u toe om logs over systeemfouten en configuratie-informatie uit het installatiesysteem op een opslagmedium op te slaan of ze met een webbrowser te downloaden. Deze informatie kan aanwijzingen bevatten over wat er fout liep en hoe het gerepareerd kan worden. Indien u een bugrapport instuurt, kunt u deze informatie toevoegen aan het bugrapport.

Andere pertinente installatiemeldingen kunt u vinden in /var/log/ tijdens de installatie en in /var/log/installer/ nadat de computer opgestart werd met het geïnstalleerde systeem.

5.4.5. Installatierapporten insturen

Indien u problemen blijft ervaren, hebben we graag dat u een installatierapport instuurt. We moedigen het insturen van installatierapporten zelfs aan als de installatie succesvol was. Op die manier kunnen we zoveel mogelijk informatie verzamelen over een zo groot mogelijk aantal hardwareconfiguraties.

Merk op dat uw installatierapport gepubliceerd zal worden in het Debian Bug Tracking System (BTS), het bug-opvolgingssysteem van Debian, en doorgestuurd wordt maar een publieke mailinglijst. Zorg ervoor dat u een e-mailadres gebruikt waarvan u het niet erg vindt dat het openbaar gemaakt wordt.

Indien u over een werkend Debian systeem beschikt, loopt de gemakkelijkste manier om een installatierapport in te sturen via het installeren van de pakketten installation-report en reportbug (apt install installation-report reportbug). Configureer reportbug zoals uitgelegd wordt in Paragraaf 8.4.2, “E-mails versturen buiten het systeem” en voer het commando reportbug installation-reports uit.

Een andere mogelijkheid is om dit model te gebruiken bij het opstellen van het installatierapport en het verslag als een bugrapport over het pseudo-pakketinstallation-reports in te sturen naar . Noot van het Nederlandse vertaalteam van Debian: aangezien Debian een wereldwijd project is, wordt in de interne communicatie hoofdzakelijk de Engelse taal gehanteerd. Mocht u dit als een drempel ervaren, dan kunt u daarbij misschien hulp vragen op de mailinglijst van de Nederlandstalige gebruikersgemeenschap van debian: .

Package: installation-reports
(Pakket: installation-reports)

Boot method: <How did you boot the installer? CD/DVD? USB stick? Network?>
(Opstartmethode: <Hoe startte u het installatiesysteem? CD/DVD? USB-stick? Netwerk?>)
Image version: <Full URL to image you downloaded is best>
(Image-versie: <Bij voorkeur de volledige URL van het gedownloade image>)
Date: <Date and time of the install>
(Datum <Datum en tijd van de installatie>)

Machine: <Description of machine (eg, IBM Thinkpad R32)>
(Computer:<Beschrijving van de machine (bijv. IBM Thinkpad R32)>)
Processor:
(Processor:)
Memory:
(Geheugen:)
Partitions: <df -Tl will do; the raw partition table is preferred>
(Partities: <df -Tl is bruikbaar; de ruwe partitietabel geniet de voorkeur>)

Output of lspci -knn (or lspci -nn):
(Uitvoer van lspci -knn (of lspci -nn):)

Base System Installation Checklist:
(Checklist bij de installatie van het basissysteem:)
[O] = OK, [E] = Error (please elaborate below), [ ] = didn't try it
([O] = OK, [E] = Fout (geef hieronder wat toelichting), [ ] = niet geprobeerd)

Initial boot:                    [ ]
(Aanvankelijk opstarten          [ ])
Detect network card:             [ ]
(Herkennen netwerkkaart          [ ])
Configure network:               [ ]
(Netwerkconfiguratie:            [ ])
Detect media:                       [ ]
(Herkennen media:                   [ ])
Load installer modules:          [ ]
(Installatiemodules laden:       [ ])
Detect hard drives:              [ ]
(Herkennen harde schijven:       [ ])
Partition hard drives:           [ ]
(Indelen harde schijven:         [ ])
Install base system:             [ ]
(Basissysteem installeren        [ ])
Clock/timezone setup:            [ ]
(Instellen klok/tijdzone         [ ])
User/password setup:             [ ]
(Instellen gebruiker/wachtwoord: [ ])
Install tasks:                   [ ]
(Taken installeren:              [ ])
Install boot loader:             [ ]
(Bootloader installeren        [ ])
Overall install:                 [ ]
(De globale installatie:         [ ])

Comments/Problems:
(Commentaar/Problemen:)

<Description of the install, in prose, and any thoughts, comments
      and ideas you had during the initial install.>
(<Beschrijf de installatie in gewone woorden en vermeld eventuele
   bedenkingen, commentaar en ideeën die u tijdens de installatie had.>)

Beschrijf in het bugrapport wat het probleem is, vermeld ook de laatste zichtbare meldingen van de kernel als het een vastlopen van de kernel betreft. Beschrijf de verschillende stappen die u ondernam en die tot het probleem op het systeem leidden.